Geomorfologie

Geomorfologie is de wetenschap die de vormen van het aardoppervlak en de processen die daarbij een rol spelen of hebben gespeeld bestudeert. Het aardoppervlak verandert continu van vorm als gevolg van een combinatie van natuurlijke (endogene en exogene processen) en antropogene processen. Hieronder worden de processen die ten grondslag liggen aan de geomorfologie kort besproken:

 

Endogene processen (ookwel endogene krachten genoemd) leiden tot de aanmaak van nieuwe aardkorst. Voorbeelden van endogene processen zijn vulkanisme en platentektoniek. Door vulkanisme komt vloeibaar gesteente van binnen uit de aarde aan het aardoppervlak terecht. Platentektoniek is de bewegen van de platen waaruit de aardkost bestaat. Daar waar de aardplaten van elkaar af bewegen (aan divergerende plaatranden), wordt in het ontstane ‘gat’ tussen de platen nieuw vast gesteente afgezet. Platentektoniek zorgt dus voor de aanmaak van nieuwe aardkorst. Platentektoniek leidt ook voor de vervorming van de aardkorst wanneer twee tektonische platen tegen elkaar aan botsen. Hierdoor kunnen gebergtes ontstaan. Het Himalayagebergte is hiervan een voorbeeld. De Himalaya ontstond door botsing van de Indiase plaat met de Euraziatische plaat.

Meer informatie over endogene processen...

 

Exogene processen (ookwel exogene krachten genoemd) leiden tot de afbraak van de aardkorst. De afbraak van de aardkorst gebeurt achtereenvolgens door verwering, erosie en sedimentatie. Dit zijn processen die continu en tegelijkertijd plaatsvinden. Wind, water en ijs (gletsjers) spelen hierbij een grote rol. Verwering is een proces dat plaatsvindt zodra gesteente onbeschut aan het aardoppervlak komt te liggen. Door verwering raakt het gesteente gefragmenteerd. Erosie is het opnemen en transporteren van het verweerde materiaal. Het eindproduct van verwering en erosie is sediment. Sedimentatie is de afzetting en ophoping van sediment. Sediment is wel anders van samenstelling dan het oorspronkelijke verweerde materiaal. Als gevolg van chemische reacties en blootstelling aan mechanische krachten die gedurende het transport van het gesteente in de rivier hebben plaatsgevonden, is het gesteente meer gefragmenteerd geraakt en van consistentie veranderd.

Ook kosmische krachten, zoals meteorieten kunnen het uiterlijk van de aardkorst veranderen. In de loop van de geschiedenis is de planeet aarde door vele meteorieten getroffen. De sporen van een meteoriet inslag blijven op een geologische tijdschaal over het algemeen maar kort zichtbaar. Dit komt, omdat de endogene en exogene processen zoals hierboven vermeld continu op het aardoppervlak inwerken en het aardoppervlak daardoor ook continu van vorm doen veranderen.

Meer informatie over exogene processen...

 

Antropogene processen:

Behalve door endogene processen en exogene processen verandert het uiterlijk van de aardkorst ook door het ingrijpen van de mens. De processen die veroorzaakt worden door de mens en die invloed hebben op het uiterlijk van de aardkorst worden antropogene processen genoemd. Uit onderzoek van Wilkinson, 2005 blijkt dat door de mens veroorzaakte erosie 5 tot 10 maal sneller plaatsvindt, dan de de erosiesnelheid in de afgelopen 542 miljoen jaar. Voorbeelden van antropogene processen zijn voornamelijk de inrichting van het landschap voor bebouwing, het gelijktrekken van de grond voor landbouw, afgravingen, enzovoorts.

 

Referentie:

  1. Wilkinson, B.H., 2005. Humans as geologic agents: a deep-time perspective.